De fazantenmoordenaars

In 1987 worden de verminkte lichamen van een broer en zus gevonden in een zomerhuisje in de buurt van Rørvig, in Noord-Seeland. Uit het politieonderzoek blijkt dat de dader gezocht moet worden binnen een groep van kostschoolleerlingen die uit de rijkste kringen van het land afkomstig zijn. Er is echter niet genoeg bewijs en de zaak verdwijnt in de doofpot, totdat een van de verdachten zichzelf aangeeft. Daarmee lijkt het mysterie opgelost.
Een aantal jaren later belandt het onderzoek op het bureau van brigadier Mørck, hoofd van de afdeling 'onopgeloste zaken' Q. Hij denkt dat het er per ongeluk is terechtgekomen, maar al snel blijkt dit niet het geval te zijn. Hij realiseert zich dat er iets heel erg fout is gegaan... Samen met zijn assistent Assad begint hij een onderzoek dat hen in aanraking brengt met alle lagen van de maatschappij. Van de armste mensen die op straat leven tot de machtigste mensen van het land; de klopjacht is begonnen.

Boekgegevens
Titel: De fazantenmoordenaars (2010)
Auteur: Jussi Adler-Olsen
Originele titel: Fasandræberne (2008)
Vertaling: Kor de Vries
Uitgeverij: Prometheus
ISBN: 90-446-1598-x
Omvang: 408 p.

Gelezen: 10-2010

BOB-score 3/5

Humor als wapen

Goed nieuws, brigadier Carl Mørck van de afdeling Q keert terug in De fazantenmoordenaars. Mørck is als hoofd van de afdeling Q verantwoordelijk voor het oplossen van cold cases. Nu is afdeling wel een wat groot woord want in het eerste deel is door de Deense schrijver Jussi Adler-Olsen duidelijk gemaakt dat naast de brigadier alleen de Syrische klusjesman Assad is toegevoegd. Ondanks de kleine bezetting van afdeling Q is er toch sprake van het oplossen van een spraakmakende cold case in het debuut De vrouw in de kooi. Mørck en Assad slagen er in om uit te vinden wat er met de jonge en succesvolle maar verdwenen politica Lynggaard is gebeurd. Een onderzoek dat zelfs stof doet opwaaien in Noorwegen. Een politiedelegatie komt kijken naar de succesvolle Deense aanpak. Afdeling Q wordt direct versterkt met meer mankracht. Beter gezegd brigadier Mørck krijgt naast zijn klusjesman de beschikking over de eigenzinnige secretaresse Rose die direct al irritatie bij hem oproept.

Eind jaren tachtig worden de lichamen van een broer en zus gevonden in een afgelegen zomerhuisje. Beide zijn met bruut geweld om het leven gebracht. Het onderzoek heeft geleid tot een dader die deel uitmaakt van een groepje kostschoolleerlingen dat mogelijkerwijs nog veel meer op hun kerfstok had. Vijf opgroeiende jongemannen die als cirkelende planeten om Kirsten-Marie Lassen draaiden. Intussen zijn de leerlingen van toen volwassen geworden en opgegroeid tot machtige notabelen. Zij zien elkaar nog geregeld bij de exorbitante jachtpartijen die worden georganiseerd door de schatrijke zakenman Ditlev Pram. Kirsten-Marie heeft zich losgemaakt van de groep en geeft Ditlev de nodige kopzorgen. Vooral wanneer Carl Mørck haar juist wil gebruiken om de hegemonie van de groep open te breken. Wat is er binnen de groep gebeurd en is Kimmie de sleutel tot een nieuw succes voor de afdeling Q?

In dit tweede boek trekt de schrijver Adler-Olsen een aantal verhaallijnen door uit het eerste boek. Mørck is betrokken geweest bij een schietpartij waarbij een collega is overleden en een ander verlamd is geraakt. De brigadier is door dit incident in behandeling bij de charmante psycholoog Mona Ibsen. Aan haar laat hij weten dat zijn schuldgevoelens hem dwingen om zijn verlamde collega in huis te nemen. De ongewone samenwerking met zijn leidinggevende wordt duidelijker wanneer de boeken De vrouw in de kooi en De fazantenmoordenaars in juiste volgorde worden gelezen.

In een interview zegt Jussi Adler-Olsen dat hij uit een cartoon inspiratie heeft gehaald voor zijn hoofdpersoon Carl Mørck. Op de tekening werd het verschil zichtbaar tussen wat het karakter zei en in bijhorende denkwolkje wat hij dacht. Met Mørck heeft de misdaadauteur een uitlaatklep gevonden om daadwerkelijk dingen te zeggen die hij in de dagelijkse omgang voor zich houdt.
De dialogen in deze Deens misdaadromans zijn goed geschreven en vaak gekruid met een snufje humor die de gruwelijke misdaden wat compenseren die het team onder ogen krijgt. Afdeling Q is een bonte verzameling eigenheimers met ieder hun sterke en zwakke punten die soms onbedoeld maar vaak doelgericht samen een succesvolle eenheid vormen met humor als wapen.

Met de eerste twee boeken legt Jussi Adler-Olsen een solide fundament voor deel drie De noodkreet in de fles. Een verhaal dat goed was voor de Glazen sleutel, de prijs voor beste Scandinavische misdaadroman 2010.